Door het vertrek van Louis Bontes is de PVV niet langer de grootste oppositiepartij. De fractie van Geert Wilders bestaat nu uit veertien Kamerleden, een minder dan de SP. Omdat de PVV bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2012 meer stemmen kreeg dan de SP gold de partij van Wilders als grootste oppositiepartij.

De grootste oppositiepartij krijgt bij grote debatten, zoals de algemene beschouwingen, als eerste het woord. Dit recht is vanaf nu voorbehouden aan de SP. In plaats van elf zijn er nu twaalf fracties, die allemaal het woord mogen voeren bij debatten.

Het afsplitsen van kan nog een andere consequentie hebben. De PVV en de SP hadden samen dertig zetels, precies genoeg voor het aanvragen van een spoeddebat. Dit is nu niet langer het geval, al zei Bontes dinsdag dat hij mee blijft stemmen met de PVV en ook hun debataanvragen steunt.

Ook vorig jaar splitsten PVV’ers zich af. Aan het einde van het eerste kabinet-Rutte was de PVV in vier fracties uiteengevallen. Eerst stapte Hero Brinkman op, die als eenmansfractie verder ging. Daarna gaven Marcial Hernandez en Wim Kortenoeven aan niet langer deel uit te willen maken van de PVV. Zij gingen samen door. Ook Jhim van Bemmel splitste zich af.