Verdachten overval Brink’s vrijgesproken

Twee verdachten van de overval op een gelddepot van waardetransportbedrijf Brink’s in Amsterdam zijn vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs. Dat heeft de rechtbank in Amsterdam dinsdag bepaald. Tegen de mannen was vier jaar cel geëist.

De twee mannen, de 30-jarige Achraf A. en Rachid C. (35), zijn volgens het Openbaar Ministerie medeplichtig aan de overval op het pand aan de Kollenbergweg in Amsterdam Zuidoost, waarbij drie jaar geleden de deur van het filiaal met explosieven werd opgeblazen. A. zou het hek van het nabijgelegen politiebureau met een hangslot en een ketting hebben vergrendeld, C. leverde de vluchtauto’s, aldus het OM.

Bij het vergrendelen van het slot zou een handschoen van A. zijn blijven hangen. Daarin werd weliswaar het dna van de man gevonden, maar de rechtbank sluit niet uit dat iemand anders de handschoen op de vindplaats heeft gelegd. “Een handschoen is immers een gemakkelijk te verplaatsen object”, aldus de rechtbank. Omdat ander bewijsmateriaal ontbreekt, spreekt de rechtbank A. vrij.

Het Openbaar Ministerie eiste celstraf voor C., omdat het kenteken van de vluchtauto op zijn naam stond. De rechter oordeelde echter dat die vaststelling niet automatisch betekent dat C. de auto ook aan de overvallers leverde. Later afgetapte telefoongesprekken leveren onvoldoende (steun)bewijs, ondanks dat de rechtbank ‘vraagtekens zeg’ bij de inhoud van de gesprekken. “Er valt niet vast te stellen dat de gesprekken betrekking hebben op de overval”, schrijft de rechtbank.

Na de overval sloegen de overvallers op de vlucht. Bij de achtervolging op de A2 crashte een van de vluchtauto’s. De inzittenden namen daarop een personenauto onder schot en vluchtten verder met die wagen. De politie brak de achtervolging af toen de overvallers met automatische wapens agenten beschoten. Het was volgens het OM een wonder dat niemand gewond raakte.

Een van de hoofdverdachten werd in mei aangehouden in Marokko. Deze Ali A. wordt ook gezocht voor een diamantroof in Brussel. Hij stond sinds 2012 op de nationale opsporingslijst. Marokko levert geen onderdanen uit, maar heeft in het verleden wel de vervolging van verdachten op verzoek van Nederland overgenomen. Een vierde verdachte is nog voortvluchtig.