Moskeeën willen een structureel overleg met gemeenten waarin wordt gesproken over radicalisering binnen hun achterban. Dat zeggen de drie belangrijkste koepels van moskeeën woensdag in Trouw. Het gaat om het Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO), het Turkse Milli Görüs en het Samenwerkingsverband voor Marokkaanse Nederlanders.
De koepels reageren op een Kamerbrief die minister van Sociale Zaken Lodewijk Asscher (PvdA) maandag stuurde. Hij kondigde aan in mei met gemeenten in overleg te gaan om eerder zicht te krijgen op de radicalisering van jongeren. Door het delen van kennis wil hij radicaliserende jongeren vroegtijdig in kaart brengen.
Veel gemeenten weten volgens de koepels nauwelijks wat er in de moskeeën binnen hun grenzen speelt. Moskeeën hebben op hun beurt geen idee bij wie ze moeten aankloppen als ze merken dat jongeren radicaliseren. Bij een overleg dat eens in de maand of een keer per kwartaal plaatsvindt zou dat ter sprake kunnen komen.
Als voorbeeld hoe het niet moet noemt Yassin Elforkani van het CMO de radicalisering van jonge moslims in Zoetermeer. “Waarom had niemand door dat er in Zoetermeer een groepje Syriëgangers ontstond?”, zegt hij in de krant. Bij het overleg zou niet alleen radicalisering moeten worden besproken. Er moet volgens de koepels ook aandacht zijn voor antisemitisme, bekladding van moskeeën en andere problemen.
Een woordvoerder van Asscher erkent volgens de krant dat de communicatie tussen gemeenten en moskeeën beter kan. Verder wil hij nog niet op het voorstel van de moskeeën reageren.
2014-02-05 07:52