Vier mensen uit andere EU-landen die in Nederland met kinderen wilden gaan werken, is sinds oktober 2012 een verklaring van goed gedrag geweigerd. Dat gebeurde omdat ze in eigen land waren veroordeeld wegens een zedendelict, heeft minister van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten (VVD) donderdag gemeld aan de Tweede Kamer.
Vier EU-landen werken nog niet goed mee aan het uitwisselen van informatie over zedendelinquenten. Het gaat om Zweden, Hongarije, Ierland en Oostenrijk. Via de Europese Commissie worden deze landen hierop aangesproken, schrijft Opstelten. Hij antwoordt op vragen van het CDA over de internationale informatieuitwisseling over zedendelinquenten.
Opstelten weet niet hoeveel Nederlanders geen verklaring van goed gedrag hebben gekregen vanwege een veroordeling in het buitenland, omdat dit niet wordt geregistreerd.
Opstelten meldt verder dat voor zover bekend zes Nederlanders in landen buiten de EU zijn aangeklaagd voor seksueel misbruik van een minderjarige. De zaken spelen in Australië, Filipijnen, Suriname, Thailand en de Verenigde Staten.
Met Thailand wil Opstelten een verdrag sluiten over uitwisseling van informatie over zedendelinquenten, maar dat ligt stil vanwege de politieke onrust in dat land.