Burgermeester van Rotterdam Ahmed Aboutaleb neemt het op voor zijn Haagse collega Jozias van Aartsen. Die ligt onder vuur omdat hij volgens critici onvoldoende heeft opgetreden bij een pro-Palestijnse demonstratie. “Het is goedkoop om en makkelijk om een groot maatschappelijk probleem af te wentelen op de burgemeesters”, zegt Aboutaleb zaterdag in Het Financieele Dagblad.
De PvdA-burgemeester noemt zijn VVD-collega in de krant ‘onbegrepen’. “Het is onacceptabel als een overheid een demonstratie verbiedt op basis van een mening”, aldus Aboutaleb in de krant. Achteraf moet het Openbaar Ministerie beoordelen of er strafbare feiten zijn gepleegd, zegt hij. “Op dat punt is Jozias van Aartsen onbegrepen.”
Aboutaleb wijst erop dat de politie tijdens grote demonstraties niet altijd alles ziet of hoort. “Als er tienduizend mensen demonstreren is er altijd wel een idioot met een andere agenda. Ik kan er geen tienduizend politiemensen op zetten. Hoe billijk is het dan dat ik achteraf het verwijt zou krijgen dat ik laf ben, zoals bij mijn collega in Den Haag is gebeurd?”, vraagt hij zich af. “We kunnen niet één op één toezicht houden.”
Bij de demonstratie in Den Haag vorige week werden antisemitische leuzen geroepen, zo bleek na het bestuderen van beelden. Tijdens de demonstratie werden echter geen strafbare feiten geconstateerd door de politie. Eerder deze week werd een petitie waarin het ontslag van Van Aartsen wordt geëist naar het kabinet en de Tweede Kamer gestuurd. Ruim zeventienduizend mensen hebben hun handtekening eronder gezet.