Nederland gaat de naheffing van de Europese Unie van ruim 642 miljoen euro betalen. Dat blijkt donderdag uit een Kamerbrief van minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem (PvdA).
Dijsselbloem is definitief overtuigd dat de naheffing klopt. “Op basis van deze informatie concludeer ik dat de door de commissie gemaakte berekening van de nabetalingen van de BNI-afdrachten aan de Europese Unie correct is”, schrijft de bewindsman.
Het kabinet heeft steeds gezegd de naheffing te betalen als de rekensommen van het Europese statistische bureau Eurostat en van de Europese Commissie zouden kloppen en als daarover openheid is gegeven. Eerder deze week velde Dijsselbloem al een voorlopig oordeel.
Nederland moet meer betalen omdat de omvang van de Nederlandse economie op papier groter is uitgevallen. Dat komt door een statistische ‘bronnenrevisie’. Dat proces verloopt in alle EU-landen anders, waardoor grote verschillen ontstaan bij de afdrachten aan de EU. Die zijn afhankelijk van het bbp. Nederland en Groot-Brittannië moeten veel geld bijbetalen, andere landen krijgen juist geld terug.
Dijsselbloem wil dat dergelijke operaties in de toekomst gestructureerder gaan verlopen. De Europese Commissie gaat een ‘diepgravende analyse’ maken van wat er is gebeurd, en komt met verbeteringen voor de toekomst, schrijft Dijsselbloem. De Tweede Kamer debatteert donderdagmiddag over de kwestie.
Het is nog niet duidelijk hoe en wanneer Dijsselbloem de naheffing gaat betalen. Eigenlijk moest de rekening voor 1 december worden betaald, maar vorige week kreeg Nederland uitstel. Het geld moet nu voor 1 september volgend jaar naar Brussel zijn overgemaakt.
2014-11-13