Ongeveer de helft van de bevolking denkt dat de spanningen tussen migrantengroepen en autochtonen de komende jaren toenemen. Het merendeel van de Nederlanders verwacht dat het samenleven tussen migranten en autochtonen moeilijker wordt als gevolg van religieuze verschillen. Dat schrijft het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) donderdag in een rapport.
Het rapport richt zich voornamelijk op de vier grootste niet-westerse migrantengroepen: Turken, Marokkanen, Surinamers en Antillianen. Het beeld van autochtonen over de Marokkanen is het ongunstigst, omdat ze deze groep vaak associëren met radicalisering en criminaliteit. De vertegenwoordiging van Marokkaanse jongemannen in verdachtencijfers speelt hierbij een rol.
Verder geeft driekwart van de Turkse en Marokkaanse Nederlanders aan in ieder geval een keer het gevoel te hebben gehad dat ze werden gediscrimineerd, tegenover twee derde van de Surinaamse en Antilliaanse Nederlanders.
Ook blijkt dat het beeld over migrantengroepen steeds meer wordt bepaald door de tweede generatie en hogeropgeleiden, aangezien zij vaker actief meedoen aan de publieke discussie. In tegenstelling tot de oudere generatie spreken jongeren vaak goed Nederlands en kunnen ze overweg met sociale media. Hierdoor kan de jongere generatie aangeven wat hen stoort. Daarmee is volgens de onderzoekers een nieuwe fase in de integratie van migrantengroepen aangebroken.
2014-12-11