Onder verwijzing naar een eerdere succesvolle wraking in het eerste proces tegen Geert Wilders in 2010 heeft diens raadsman de wrakingskamer van de rechtbank Den Haag vrijdagmorgen formeel verzocht rechter Elianne van Rens van haar taak te ontheffen.
Ook in dat eerste proces was volgens Wilders’ raadsman Geert-Jan Knoops sprake van de schijn van vooringenomenheid. Knoops trok een parallel met de gebeurtenissen van destijds, waarin volgens hem net als nu sprake was ,,van een rechter die een stelling poneerde en een onjuiste, althans selectieve uitleg van de jurisprudentie gaf”.
In zijn wrakingsverzoek hekelde hij niet alleen de ,,onjuiste rechtsopvatting” van Van Rens, maar ook de wijze waarop getuige-deskundige Paul Cliteur donderdag door rechter Van Rens werd ondervraagd en ,,misleid”.
De wrakingskamer van de rechtbank Den Haag, samengesteld uit rechters van de rechtbank Noord-Holland, moet bekijken of Van Rens mag oordelen over de ‘minder-Marokkanen’-uitspraak van Wilders. De wrakingskamer streeft ernaar vrijdagmiddag uitspraak te doen. Het Openbaar Ministerie reageert later op de dag.
Van Rens heeft in een schriftelijke verklaring laten weten te willen aanblijven als rechter in deze zaak. Zij zou abusievelijk onjuist hebben geciteerd uit een arrest van de Hoge Raad over een strafzaak wegens anti-homo-uitspraken van de Amsterdamse politicus Delano Felter.
In dat arrest voegde de Hoge Raad ,,uitlatingen die aanzetten tot onverdraagzaamheid” toe aan de beperkingen van de vrijheid van meningsuiting voor politici. Het hoogste rechtscollege verwees de zaak echter terug naar het hof, dat Felter later op andere gronden veroordeelde. Daardoor is volgens Knoops geen sprake van vaststaande rechtspraak, zoals Van Rens zou hebben gesuggereerd.
04-11-2016 © ANP