Categories Nieuws Artikelen

‘Aantal seksueel uitgebuite kinderen onderschat’

De Nederlandse overheid onderschat het aantal kinderen dat seksueel wordt uitgebuit. Dat komt doordat Bureau Jeugdzorg en voogdij-instelling Nidos de slachtoffers zelden melden bij het Coördinatiecentrum Mensenhandel. Dat zei de Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen, Corinne Dettmeijer, maandagochtend op Radio 1 na een bericht hierover in de Volkskrant.

Ze wees erop dat veel misbruik nooit aan het licht komt. “We moeten zorgen dat het beetje dat we wel weten goed wordt geregistreerd.” Dat de instanties het niet altijd melden, komt volgens haar doordat ze denken dat ze het probleem zelf wel kunnen oplossen. “Ze zien de meerwaarde niet, maar de meerwaarde is dat zo zicht op het probleem ontstaat en er zo beleid voor kan worden ontwikkeld.”Momenteel wordt alleen de leeftijd op het moment dat een slachtoffer hulp zoekt geregistreerd.


Volgens Dettmeijer moet ook worden geregistreerd wanneer het misbruik begon, omdat er jaren tussen het misbruik en de melding kunnen zitten.

Vorig jaar waren er twaalfhonderd meldingen van uitbuiting. In 195 gevallen ging het om minderjarigen. De meerderheid van hen had de Nederlandse nationaliteit. Bij een betere registratie zou het aantal minderjarige slachtoffers verdubbelen, stelde Dettmeijer op Radio 1. De overheid zou volgens haar meer doen om de uitbuiting van minderjarigen op te pakken als de cijfers op papier hoger zijn. De politie, marechaussee en de Inspectie SZW zouden hun meldplicht ook niet altijd nakomen.

“Als alle instanties correct zouden registreren, wordt het probleem van minderjarigen veel groter dan we nu aannemen”, zegt Dettmeijer in de Volkskrant. Ze noemt het schokkend dat loverboys niet effectief worden bestreden, terwijl allang bekend is dat er loverboys zijn die meisjes de prostitutie in proberen te krijgen. Scholen zouden meer aan preventie moeten doen.

Het onderzoek richtte zich op daders en slachtoffers van mensenhandel in de afgelopen vijf jaar.

Een aanzienlijk deel van de 452 geregistreerde slachtoffers tussen de 18 en 23 jaar was volgens Dettmeijer minderjarig toen de uitbuiting begon. Omdat de aard, duur en plaats van de uitbuiting niet wordt geregistreerd, is er volgens haar te weinig inzicht in het probleem. Als de route waarlangs mensenhandel verloopt in beeld komt, kan het opsporingsbeleid volgens haar daarop worden aangepast.

Verder is het tekort aan opvangplaatsen voor slachtoffers volgens Dettmeijer nijpender dan minister van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten (VVD) in een Kamerbrief doet vermoeden. De behoefte aan opvangplaatsen steeg vorig jaar van 225 naar 280, maar zoveel plaatsen zouden er niet zijn. Voor 119 slachtoffers moest vorig jaar iets worden geïmproviseerd.

24 december 2012, 08:49
©Demet TV