De Hagenaar die in november werd doodgeschoten op station Hollands Spoor, is vlak na het incident ten onrechte doodverklaard. Daardoor is na de schietpartij niet direct hulp gegeven. Dat heeft het Openbaar Ministerie in Den Haag woensdag bekendgemaakt. Van strafrechtelijke gevolgen is echter geen sprake.
De 17-jarige Rishi Chandrikasing werd 24 november door een politiekogel in zijn hals geraakt nadat NS-personeel de politie had gewaarschuwd dat hij mogelijk een vuurwapen bij zich had.
Drie agenten benaderden Rishi vervolgens op het perron met getrokken pistool en sommeerden hem te blijven staan en zijn handen te laten zien. Hij sloeg echter op de vlucht, waarna hij na een korte achtervolging werd neergeschoten.
Een van de agenten concludeerde vervolgens, zonder bij de mond of neus de ademhaling te controleren, dat de jongen was overleden. Hij maakte dat ook kenbaar aan zijn twee collega’s. Andere agenten die anderhalve minuut later arriveerden begonnen vervolgens met reanimeren. Ambulancepersoneel constateerde negen minuten na het fatale schot dat de jongen nog in leven was. Zijn verwondingen waren echter dusdanig dat hij even later toch overleed.
Volgens justitie had de agent beter moeten controleren of Rishi nog leefde. Toch wil het OM hem niet strafrechtelijk vervolgen omdat geen sprake is geweest van opzet. Hij was ervan overtuigd dat hij al was overleden op grond van de locatie van het schot, de onnatuurlijke houding van het lichaam en de gelaatsuitdrukking van de jongen.
Ook houdt het OM er rekening mee dat de hulpverlening in zijn algemeenheid snel op gang kwam. Bovendien zou eerdere reanimatie waarschijnlijk niet hebben geholpen.
De agent die Rishi neerschoot wordt wel strafrechtelijk vervolgd. De behandeling van deze zaak staat voorlopig gepland op 9 december.
2013-10-09 15:12