Omgangsregeling beperkt na oudermoord

Het recht op omgang wordt beperkt bij kinderen van wie de ene ouder de andere heeft omgebracht. Voortaan komt er alleen een omgangsregeling als de rechter heeft geoordeeld dat dit in het belang van het kind is, schrijft staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Fred Teeven (VVD) maandag in een brief aan de Tweede Kamer. Nu kunnen Bureau Jeugdzorg en de ouder nog onderling afspraken maken over een omgangsregeling.


Teeven wil verder de termijn oprekken waarna de ouder na een weigering opnieuw een verzoek tot omgang kan indienen. Deze periode gaat van een naar twee jaar. Ook dat is in het belang van het kind, omdat de huidige termijn volgens de bewindsman belastend kan zijn voor het kind en zijn omgeving.

De bewindsman komt met zijn voorstel tegemoet aan de wens van de Tweede Kamer om een omgangsregeling na zogeheten partnerdoding onmogelijk te maken als die niet in het belang van het kind is. De gevolgen hiervan zijn namelijk immens en het is van belang dat deze kwetsbare groep kinderen rust en stabiliteit vinden in hun omgeving om een begin te maken met de verwerking van het trauma. De confrontatie met de ouder is niet altijd in het belang van het kind.

Teeven heeft verder een protocol opgesteld dat moet zorgen voor een snelle en accurate hulpverlening nadat de ouder zijn of haar partner heeft omgebracht. Uitgangspunt daarbij is dat de kinderen vanaf het eerste moment psychische hulp krijgen, ook wanneer het ogenschijnlijk goed met hen gaat.

Daarnaast is het van belang om meteen rust te creëren voor de kinderen. In het protocol staat daarom dat binnen 24 uur wordt besloten over de voorlopige voogdij, zodat kinderen snel de gewenste professionele ondersteuning krijgen.

 

2013-11-18 11:17