Het aantal problematische heroïne- of methadonverslaafden dat aanklopt bij verslavingszorg is in 2012 sterk gedaald ten opzichte van enkele jaren eerder. In totaal ging het om ruim veertienduizend mensen, een daling van 21 procent. Dat staat in een donderdag gepubliceerd rapport van het Trimbos Instituut en de GGD Amsterdam.
De probleemverslaafden hadden in 2012 allemaal een of meer vormen van hulpverlening nodig. Het gaat om mensen die minimaal drie dagen in de week heroïne, methadon of allebei gebruiken en er een criminele levensstijl op na houden, psychiatrisch niet in orde zijn, voor overlast zorgen of een instabiele woonsituatie hebben.
Uit een steekproef blijkt dat veel van de probleemverslaafden behalve heroïne of methadon ook crack (81 procent) of wiet (62 procent) gebruiken. Verder slikte een kwart slaap- en kalmeringsmiddelen en dronk een derde ook alcohol.
De daling van het aantal probleemverslaafden houdt gelijke tred met de daling van het totaal aantal verslaafden. Uit cijfers van het Landelijk Alcohol en Drugs Informatie Systeem blijkt dat het aantal cliënten tussen 2008 en 2012 met 24 procent is gedaald.
2014-01-16 11:40