Ongeveer tweehonderd beginnende basischoolleraren mogen na hun opleiding meteen aan de slag. De komende twee jaar nemen zij een deel van de lessen van tweehonderd meer ervaren collega’s over, meldt het ministerie van Onderwijs zaterdag.
De ervaren leraren kunnen in de tijd die hierdoor vrijkomt een masteropleiding of een tweedegraads opleiding volgen. Naast een studiedag krijgen ze een dag verlof om te werken aan een onderwijsvernieuwing of om stage te lopen in het voortgezet onderwijs.
Het voordeel is volgens minister van Onderwijs Jet Bussemaker dat afgestudeerden van de pabo meteen praktijkervaring op kunnen doen. De beginnende leraren hebben nog geen volledige werkweek, maar de bedoeling is dat zij naast hun werk nog een masteropleiding volgen en zo met een ervaren docent een koppel vormen.
De regeling geldt voor leraren die de afgelopen drie jaar zijn afgestudeerd. De minister hoopt dat zij zo behouden blijven voor het onderwijs omdat in grote steden in 2020 een groot tekort aan leraren wordt verwacht. In andere regio’s daalt de werkgelegenheid juist doordat het aantal leerlingen daar afneemt. Vandaar dat ook de mogelijkheid wordt geboden om stage te lopen in het voortgezet onderwijs.
Deze aanpak, waar het ministerie ongeveer vijf miljoen euro in steekt, is ontwikkeld door de Katholieke Pabo Zwolle. Ook scholen zelf profiteren volgens de minister van deze aanpak. Zij hebben hierdoor hoger opgeleide leraren en kunnen profiteren van het onderzoek dat de leraren doen.
2014-03-15 09:13