Het kabinetsplan om alle kentekens van passerende automobilisten op te slaan is mogelijk in strijd met Europese privacyregels. Dat zeggen juristen donderdag in Trouw.
Minister van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten (VVD) wil kentekens van passerende auto’s filmen en de beelden vier weken opslaan om de politie te helpen in de opsporing bij ernstige misdrijven. De hoogste rechterlijke instantie van de Europese Unie verklaarde dinsdag echter dat iemands bel- en internetgedrag niet mag worden opgeslagen omdat dat een te grote inbreuk is op zijn privacy. Die uitspraak kan volgens de krant ook gevolgen hebben voor het wetsvoorstel van Opstelten.
Een woordvoerder van de minister stelt in de krant dat het plan aan de Europese privacynormen voldoet, maar juristen zien wel wat haken en ogen. “De pijn zit hem, net als bij belgegevens, vooral in het feit dat kentekens van iedereen worden opgeslagen”, zegt advocaat Wouter Dammers in de krant.
Het Europees Hof van Justitie vindt de massale opslag van gegevens een grote inbreuk op de privacy. Daarom zijn waarborgen nodig voor zoiets kan worden toegestaan. Volgens Dammers ontbreekt het in het voorstel van Opstelten aan zulke waarborgen.
Hoogleraar recht en technologie Bert-Jaap Koops aan de Universiteit Tilburg sluit zich volgens de krant hierbij aan. “Opstelten noemt voorbeelden van misdrijven waarbij kentekenregistratie bijdroeg aan het oplossen van de zaak, maar de vraag is: was het essentieel?”
Andere deskundigen zien ook verschillen tussen het opslaan van kentekens en het opslaan van belgegevens. Zo worden belgegevens een halfjaar tot twee jaar opgeslagen en kentekens slechts een maand. Bovendien is de database beperkt toegankelijk voor de politie. Daar is toestemming van de minister voor nodig. Maar het Hof vindt dat een onafhankelijke rechter die toestemming moet geven.