Ruim de helft van de artsen in de zogenoemde Levenseindekliniek heeft meegemaakt dat een apotheker weigerde mee te werken aan euthanasieverzoek. Apothekers weigeren niet alleen vanwege geloofsovertuiging, maar soms ook omdat ze zich niet kunnen vinden in de afweging van de artsen. Dat meldt het programma Altijd Wat Monitor. In de euthanasiewet staat niets opgenomen over de rol van de apotheker.
Het programma stelde negentien artsen in de kliniek de vraag of ze een weigerende apotheker hebben meegemaakt. Ruim de helft antwoordde bevestigend. In zestien gevallen is hun de dodelijke middelen geweigerd. “Ik heb vier keer meegemaakt dat de apotheker euthanatica weigerde. De onmiddellijke consequentie is dat de patiënt in de kou staat. Zoek het maar uit, dat vind ik kwalijk”, zei een arts tegen het programma.
Uit gesprekken met apothekers en artsen blijkt het weigeren vooral voor te komen bij geloofsbezwaarden en bij controversiële euthanasieverzoeken, zoals bijvoorbeeld bij dementie, voltooid leven of psychiatrie. De Levenseindekliniek houdt zich in veel gevallen met deze ingewikkelde verzoeken bezig.
De uitvoerend arts is wettelijk verantwoordelijk voor de afweging of een euthanasieverzoek van een patiënt terecht is. Daarna controleert een tweede arts of aan alle wettelijk zorgvuldigheidseisen is voldaan. Nu blijkt dat aan het einde van het euthanasietraject ook nog de apotheker kan afwegen of hij zich kan vinden in het oordeel van de twee artsen.
Ook vroeg het programma 53 apothekers of ze wel eens euthanatica hebben geweigerd. Een op de vijf antwoordde hier bevestigend op. Twee van de 53 apothekers weigeren vanwege geloofsovertuigingen. Vijf van de apothekers geven aan dat ze onder meer weigerden omdat het verzoek volgens hen niet aan de zorgvuldigheidseisen voldeed.
GroenLinks wil een debat aangaan met minister van Volksgezondheid Edith Schippers (VVD). “Apothekers zouden de dodelijke middelen niet moeten kunnen weigeren als twee artsen het euthanasieverzoek hebben goedgekeurd”, zegt GroenLinks-Kamerlid Linda Voortman. “Zijn positie staat niet in de wet.” Ook PvdA-Kamerlid Khadija Arib eist opheldering, laat ze in een reactie weten.