De rechters die de Amsterdamse zedenzaak behandelen worden niet vervangen. De wrakingskamer van de Amsterdamse rechtbank heeft dat woensdag besloten. De rechtszaak tegen Robert M. en medeverdachte Richard van O. gaat verder waar hij gebleven was. Dat betekent dat de ouders van de slachtoffers het hun toegekende spreekrecht houden.
Het herbevestigen van het spreekrecht voor de ouders was de onmiddellijke aanleiding om de rechtbank te wraken. De advocaten van Robert M. vonden dat de rechters met hun beslissing en met eerdere uitlatingen en typeringen over de zaak de schijn van vooringenomenheid hadden gewekt.
De rechters hebben nog geen standpunt ingenomen over de zaak, oordeelde de rechters van de wrakingskamer, die tot kort voor de zitting aan de uitspraak hadden gewerkt. Geen van de punten die de verdediging van Robert M. had aangevoerd, kon in hun ogen genade vinden.
Advocaat Tjalling van der Goot van M. berust in de uitkomst. “We wisten dat het een dubbeltje op zijn kant zou zijn. Het is wel belangrijk dat een signaal is afgegeven.” M. reageerde volgens hem teleurgesteld, maar hij is ook realistisch.
Als de eigenlijke rechtszaak tegen Robert M., die terechtstaat voor het misbruiken van 67 jonge kinderen, en zijn echtgenoot Richard van O. verdergaat, doen de rechters eerst uitspraak over de vraag of M., zoals hij wil, een openingsrede mag houden.
Na een algemeen verhoor worden woensdagmiddag vervolgens achter gesloten deuren de eerste zogeheten kinddossiers besproken. Daarin staat omschreven waaruit het misbruik van M., die een bekentenis heeft afgelegd, bestaat. Behalve de advocaten mogen daarbij alleen de ouders van het kind aanwezig zijn.
14 maart 2012, 10:13
©novum