Het recht op vrijheid van meningsuiting mag niet misbruikt worden om te beledigen. Dat zegt Stichting Turks Islamitische Culturele Federatie. De stichting is van mening dat respect en fatsoen “ver te zoeken” zijn in het huidige klimaat dat heerst in Nederland.
Volgens de federatie ontstaat er de laatste tijd vanwege de wijze van de berichtgeving over Ebru Umar en de Turkse president Erdogan een “grotere kloof” tussen Turkse Nederlanders en “vrienden en kennissen van niet-Turkse afkomst.”
De Stichting Turks Islamitische Culturele Federatie zegt niet te staan voor een samenleving “waar onbegrip en onbehagen jegens elkaar heerst” en roept iedereen op om “met respect en fatsoen” met elkaar om te gaan.
29-04-2016 © Demet TV
****
Persbericht Stichting Turks Islamitische Culturele Federatie
Amsterdam, 28 april 2016
De laatste tijd heeft er een aantal voorvallen plaatsgevonden die geleid hebben tot een sterk negatief getinte berichtgeving in de media over de Turkse regering en haar beleid.
De meest recente voorbeelden daarvan zijn de e-mail die het Turkse consulaat heeft gestuurd aan de Turkse verenigingen die actief zijn in ons land en de vervolging van de Nederlands-Turkse columniste Ebru Umar in haar vakantiewoning in Turkije.
Het bericht van het consulaat roept met name bij de wat oudere Nederlanders herinnering op aan het recente verleden, de Tweede wereldoorlog. Dit leidt tot emotionele reacties waar wij begrip voor hebben. Het consulaat heeft de berichtgeving ingetrokken en heeft aangegeven dat het nooit als zodanig bedoeld was. Daar zijn wij blij om.
De aanhouding van mevrouw Umar in Turkije wegens het overtreden van de Turkse wet met betrekking tot belediging van het staatshoofd wekt onbegrip op bij de Nederlandse overheid en bevolking, omdat een dergelijke aanhouding niet past binnen de kaders van het recht op vrije meningsuiting.
Het recht op vrijheid van meningsuiting is een groot goed waar wij ons voor 100% achter scharen. Echter vinden wij dat, net zoals meerdere lieden dat hebben aangekaart, ook een groot goed als het recht op de vrijheid van meningsuiting onderhevig moet zijn aan enige vorm van respect en fatsoen.
Naar ons idee zijn die laatste twee begrippen ver te zoeken in het huidige (journalistieke) klimaat dat heerst in Nederland. Onder de noemer van ‘satire’ en ‘vrijheid van meningsuiting’ worden mensonterende beledigingen jegens president Erdogan, een bevriend staatshoofd, geuit. Wij voelen ons, als Turkse Nederlanders, ook gekwetst door de beledigingen die zijn geuit. Het recht op vrijheid van meningsuiting mag, om haar status als fundamenteel recht te waarborgen, niet misbruikt worden door wie dan ook.
Daarnaast merken wij de laatste tijd dat, als gevolg van de incidenten en de wijze waarop de berichtgeving daarover plaatsvindt, er een steeds grotere kloof lijkt te ontstaan tussen ons, Turkse Nederlanders en onze collega’s, vrienden en kennissen van niet-Turkse afkomst. Wij maken ons daar zorgen over. Werkrelaties en sociale relaties moeten niet onder druk komen te staan door toedoen van eenzijdige en subjectieve berichtgeving.
Niet objectieve en niet aan de kwaliteitsstandaard van de Nederlandse journalistiek beantwoordende berichtgeving vormt een voedingsbodem voor vervreemding en onbegrip.
De Nederlandse samenleving waar onbegrip en onbehagen jegens elkaar heerst, is niet de samenleving waar wij als Nederlanders van Turkse afkomst voor staan.
De Turks Islamitische Culturele Federale Nederland (TICF) roept iedereen op om met respect en fatsoen met elkaar om te gaan, waar nodig met begrip en tolerantie de dialoog met elkaar aan te gaan, om op die manier de kloof die momenteel ontstaat te verkleinen en spanningen tussen bevolkingsgroepen weg te nemen.
Namens de TICF
Dhr. A. Üre Algemeen Voorzitter